Job 24

This verse is empty because in this translation its contents have been moved to form part of verse Job 23:17.
1
In this translation, this verse contains text which in some other translations appears in verses Job 23:16-17.
God heeft mijn hart verzwakt, de Almachtige heeft mij vreselijke angst aangejaagd. Maar ik ga niet ten onder in de diepe duisternis die om mij heen is.’
2

Jobs protest

3‘Waarom opent God de rechtszitting niet om naar mijn verweer te luisteren? Waarom moeten zij die Hem kennen, zonder resultaat op Hem wachten?
4Er worden grenspalen verschoven, schaapskudden gestolen en geweid
5en zelfs de ezel van de wezen wordt weggehaald. De arme weduwe moet de enige os die zij bezit, inleveren om een lening te kunnen krijgen.
6De hulpbehoevenden worden opzij geschopt, zij mogen de weg niet versperren. Alle armen van het land worden in een hoek gedrukt.
7Net als de wilde ezels in de woestijn moeten de armen al hun tijd gebruiken om genoeg voedsel te bemachtigen. Zij worden de woestijn in gestuurd om voedsel te zoeken voor hun kinderen.
8Zij eten wat in het wild groeit en zoeken zelfs in de wijngaarden van de goddelozen naar achtergebleven druiven.
9ʼs Nachts liggen zij buiten in de kou zonder kleren of dekens om zich te verwarmen.
10Zij raken doorweekt door de stortregens die vanaf de bergen komen en bij gebrek aan een behoorlijk onderdak drukken zij zich tegen de rotswand aan.
11De goddelozen rukken vaderloze kinderen van hun moeders borst weg en nemen het kind van een arme als onderpand mee tot deze zijn schuld heeft afbetaald.
12Daarom moeten zij naakt, zonder enig kledingstuk, ronddwalen en worden zij gedwongen korenschoven te sjouwen terwijl zij zelf honger lijden.
13Zij moeten olijfolie persen tussen de stenen en druiven treden in de wijnpers, terwijl ze bijna neervallen van de dorst.
14Het gekreun van de stervenden stijgt op uit de stad en de gewonden schreeuwen om hulp, maar God schenkt geen aandacht aan het onrecht dat hun wordt aangedaan.
15De goddelozen komen in opstand tegen het licht en begrijpen niets van oprechtheid en goedheid.
16
This verse is empty because in this translation its contents have been moved to form part of verse Job 24:15.
17
In this translation, this verse contains text which in some other translations appears in verses Job 24:14-15.
Als het daglicht voorbij is, gaan de moordenaars op pad om de armen en hulpbehoevenden te doden en zich ʼs nachts bezig te houden met diefstal. De overspelige man wacht tot het donker wordt, want hij denkt: “dan ziet niemand me” en hij verbergt zijn gezicht.
18Inbrekers gaan er ʼs nachts op uit om hun werk te doen en overdag sluiten zij zich op, zij houden niet van daglicht.
19Voor al deze misdadigers is de donkere nacht als de morgen. Ze zijn vertrouwd met de verschrikkelijke dingen die in het donker gebeuren.
20Maar wat verdwijnen zij snel van de aardbodem! Het land dat zij bezitten, is vervloekt. Het is afgelopen met hun kwade praktijken in de wijngaarden.
21De dood verteert zondaars, zoals hitte en droogte de sneeuw laten verdwijnen.
22Zelfs de moeder van de zondaar zal hem vergeten. Hij is een welkome maaltijd voor de wormen en niemand zal nog aan hem denken. Want de goddeloze wordt gebroken als een boom door een storm.
23Zij hebben namelijk kinderloze en onvruchtbare vrouwen slecht behandeld. Zij weigeren hulpbehoevende weduwen te helpen.
24God overweldigt de machtigen en de goddelozen door zijn kracht, en al staan ze weer op, ze zijn hun leven niet meer zeker.
25En ook wanneer Hij hen met rust laat en zij zich veilig voelen, houdt Hij hen scherp in de gaten.
Copyright information for NldHTB